Je maakt of verzamelt per werkstap:
Een student moet per werkstap weten wat verwacht wordt. Dit is van wezenlijk belang voor een goede focus als ze aan een werkstap werken én cruciaal als ze lessen missen. Ook hier geldt: goede exemplars van tussenproducten illustreren voor studenten de succescriteria. Het zijn belangrijke startpunten voor de FE-cyclus en geeft een beeld van de ‘feedup’: waar werkt een student naar toe.
Borgen FE-cyclus:
Onze toetsing verschuift van summatief naar een combinatie van summatief en formatief. We willen de formatieve cyclus die de student doorloopt dan ook borgen.
Wat moet een student gedurende de stone vastleggen?
De student werkt in de stone van werkstap naar werkstap. De student doet dit aan de hand van de deliverables die je per werkstap maakt (een opdrachtbeschrijving, het tussen- of eindproduct, succescriteria op taak, proces en zelfregulatie).
De volgende vragen helpen de student de feedback te verwerken en de feedforward (verbeterstappen) te formuleren. Per vraag pakt de student telkens de succescriteria erbij. De student dient feedback-geletterd te zijn om de feedback goed te kunnen verwerken en vast te kunnen leggen. Feedback geletterdheid betekent: feedback kunnen ontvangen en verwerken. Deze vaardigheid wordt getraind in de coachlijn op N1. Lees de handvatten vanuit coaching (binnenkort beschikbaar) voor de uitwerking de bovengenoemde vragen Integratie coaching N1 (NEED-TO-KNOW).Het resultaat van die feedback-geletterdheid kun je zien in de onderbouwing van en reflectie op het eindproduct van een stone.
FE-Vragen die beantwoord moeten worden door de student en worden vastgelegd, per werkstap, gericht op de evaluatie van het handelen van de student in die stap. Elke FE-vraag beantwoord de student a.d.h.v. de succescriteria geformuleerd op taak, proces en zelfregulatie voor de desbetreffende werkstap (Voorbeeld SC Verleiders en vermarkters N2).
Voorbeeld SC Verleiders en vermarkters N2
Het document Integratie coachlijn N1 geeft tevens input voor het vaste onderdeel in de beoordelingscriterium Reflectief vermogen van de rubric en er staat in welke vragen de student beantwoordt in de tussenmeting en nulmeting (uit Stap 3). In dit document staan ook de vragen die de stonedocenten gebruiken voor de nulmeting en de tussenmeting. De docenten op N1 geven tijd in week 2/3 en week 6 aan de student om de nulmeting en tussenmeting te doen aan de hand van de vragen die de coachlijn aangeleverd heeft in het document Integratie coachlijn N1.
Belangrijk:
Voorbeeld: